Recente berichten

Referentie – geholpen bij Whiplash 


Oplossingsgericht begeleiden 


Re-integratie: een Win-Win situatie!

Afslag3:
Beethovenstraat 22
6566 DT Millingen a/d Rijn
Tel: 024 – 3 60 71 21
Mobiel: 06 16 03 72 62

Lees meer

 

Waarom Afslag3

Wij onderscheiden ons door betere resultaten met een innovatieve aanpak

Waarom u met ons aan de slag wil: 

  • Meer dan 20 specialisten
  • Lagere kosten voor verzekeraar
  • Bewezen effectief
  • Minder zorg voor tussenpersoon

Meta Profiel Analyse

 
De manier van denken van mensen bepaalt in hoge mate hoe ze handelen. MPA MindSonar® is een methode waarmee denkstijlen gemeten kunnen worden: een soort röntgenapparaat voor het menselijk denken. MPA meet niet wat u denkt, maar hoe u denkt. MPA brengt de persoonlijke denkstijl in kaart.

 

Wat doet MPA?

MPA legt vragen en keuzes voor. Zo zoekt het naar patronen in hoe u denkt. Van die patronen maakt het grafieken en rapporten. MPA geeft uw manier van denken weer in dertien facetten of dimensies, ook wel ‘metaprogramma’s’ genoemd. Samen geven ze een duidelijk beeld van uw persoonlijke, unieke denkstijl.

 

Wat wordt hier bedoeld met denken?

Met het woord ‘denken’ doelen we niet alleen op gedachten maar ook op wat u voelt en wat u doet. Denken, voelen en doen hangen in sterke mate met elkaar samen. Hoe u denkt, bepaalt wat u opvalt en wat u ontgaat: uw denkstijl zet als het ware een filter voor wat u in uw omgeving ziet en hoort. Uw denkstijl bepaalt uw filters en uw filters versterken uw denkstijl. Deze wisselwerking tussen denken en waarnemen bepaalt wat u voelt. Die drie dingen samen (wat u denkt, wat u waarneemt en wat u voelt) bepalen op hun beurt hoe u in een gegeven situatie handelt.

 

Wat wordt er precies gemeten?

Dit zijn de dertien aspecten van uw denken die MPA in kaart brengt:

1.Proactief of reactief?
Ben ik meer een doener of een denker? Neem ik snel initiatief of overweeg ik eerst verschillende kanten van de zaak?

2.Naartoe of weg van?
Word ik geleid door de doelen die ik wil bereiken? Of wil ik vooral problemen oplossen en moeilijkheden voorkomen?

3.Interne of externe referentie?
Ga ik af op mijn eigen normen en waarden of ga ik op anderen af om te weten wat goed of fout is?

4.Opties of procedures?
Denk ik meer in keuzemogelijkheden of denk ik meer in stappenplannen?

5.Voldoet wel of voldoet niet?
Richt ik mijn aandacht op wat er goed gaat en wat er klopt of richt ik mijn aandacht op wat er niet goed gaat en wat er niet klopt?

6.Controle binnen of buiten zelf?
Heb ik het idee dat ik mijn omgeving bepaal, of denk ik dat mijn omgeving mij bepaalt?

7.Handhaving, ontwikkeling of verandering?
Houd ik van stabiliteit, houd ik van geleidelijke verandering of houd ik van snelle verandering?

8.Globaal of specifiek?
Denk ik in grote lijnen of let ik op de details?

9.Mensen, activiteiten of informatie?
Wat vind ik het belangrijkste? Relaties, handelingen of gegevens?

10.Concept, structuur of gebruik?
Ben ik meer bezig met de essentie, met de samenhang of met de toepassing in de praktijk?

11.Samen, nabijheid of alleen?
Houd ik van hechte samenwerkingsverbanden, van lossere teams of doe ik het liever helemaal alleen?

12.Heden, verleden of toekomst?
Op welke van deze drie tijdsfactoren ben ik het meest gericht?

13.Visueel, auditief of kinesthetisch?
Denk ik meer in beelden, meer in geluiden of meer in gevoelens?

Meer weten? Neem direct contact met ons op.